Een brug te ver?
Misschien ken je dat gevoel wel, schaamte voor iets dat je vader of moeder doet of heeft gedaan. Hé pap, hé mam, dat kun je toch niet maken? En nou is zo’n specifiek voorval misschien in de ogen van ´ouderen´ of ouders helemaal niet erg, maar bij kinderen kan het acuut schaamrood op de kaken opwekken, vooral als je er ook nog eens anderen of zelfs wildvreemden bij betrekt.
In onze reis naar Peking kennen Milou en ik elkaar goed genoeg, of tenminste, denken we elkaar goed genoeg te kennen. Zulke voorvallen zullen zich niet echt afspelen. Althans, dat hopen we beiden. Maar ik denk dat ik er niet ver naast zit om bij Milou dat schaamtegevoel enigszins op te wekken.
In de voorbereiding van onze reis las ik dat sommige reizigers er heel goed aan doen om iets typisch Nederlands mee te nemen tijdens een reis. Vooral om dat aan onbekenden aan te reiken, gewoon om contact te maken. Dan ga je op zoek naar iets dat niet al te veel geld kost (want dat is nou echt typisch Nederlands) en ook nog eens niet al te veel gewicht in beslag neemt. Die twee voorwaarden laten zich over het algemeen gemakkelijk combineren.
Een paar weken geleden zag ik wat artikelen bij een souvenirgroothandel. Hele eenvoudige sleutelhangertjes met houten klompjes, in verschillende kleuren, bij elkaar zo’n zestig stuks. Holland erop, moet helemaal goed komen toch? Op Schiphol zagen we de prijs, zo’n drie euro per stuk. Nou dat was snel verdiend. Bij de groothandel een aanzienlijk toeristisch vriendelijker tarief.
Inmiddels hebben we zo’n dikke drieduizend kilometer erop zitten en de verschillende provodnika’s hebben al een sleutelhanger gehad. De blik van Milou zei al veel. Non-verbale communicatie schijnt dat te heten. Niets zegen, gewoon toelaten. Zo heb ik inmiddels al een behoorlijk aantal klompen weggegeven. Maar bij een Russisch orthodoxe kerk was de blik van Milou niet alleen veelzeggend. Toen kwam ineens die blik van ‘He pap, dat kun je toch niet maken…’ We stonden met een Russische vrouw te praten, die samen met haar kinderen naar de kerk was geweest. Bij het gedag zeggen gaf ik de kinderen allemaal een klein klompje. Maar de blije kinderkoppies waren op dat moment meer waard dan de blik van Milou. In de treincoupé hebben we er samen ook hartelijk om gelachen. Maar op mijn vraag of zij ook een paar klompjes in haar jaszak wil bewaren, zomaar, voor het geval dat . . .
Dat lijkt nu nog een brug te ver.
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}